direct naar inhoud van 4.5 Wegverkeerslawaai
Plan: PCT-terrein
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1672.BPHD20100001-VG01

4.5 Wegverkeerslawaai

Toetsingskader

Normstelling

Op grond van de Wet geluidhinder (Wgh) zijn in principe aan weerszijden van de weg geluidszones aanwezig. De breedte van de zone is afhankelijk van het type weg. Voor wegen in binnenstedelijk gebied geldt een breedte van de geluidszone (aan weerszijden van de weg) van 200 m bij 1 of 2 rijstroken, bij 3 of 4 rijstroken is deze zone 350 m breed. Voor wegen in buitenstedelijk gebied geldt een breedte van de geluidszone (aan weerszijden van de weg) van 250 m bij 1 of 2 rijstroken, bij 3 of 4 rijstroken is deze zone 400 m breed.

Op basis van jurisprudentie dient in het kader van een goede ruimtelijke ordening ook bij 30 km/h-wegen de aanvaardbaarheid van de geluidsbelasting te worden onderbouwd.

De geluidshinder wordt berekend aan de hand van de Europese dosismaat Lden(Lday-evening-night). Deze dosismaat wordt weergegeven in dB. Deze waarde vertegenwoordigt het gemiddelde geluidsniveau over een etmaal.

Akoestisch onderzoek en grenswaarden

Nieuwe en bestaande geluidsgevoelige bestemmingen dienen volgens de Wgh in principe te voldoen aan de voorkeursgrenswaarde. In bijzondere situaties kan ontheffing worden verleend tot de maximale uiterste grenswaarde. Tabel 4.4 geeft een overzicht van de relevante grenswaarden voor nieuwe wegen.

Tabel 4.4 Geluidsgrenswaarden wegverkeer nieuwe situaties

geluidsgevoelige bestemming   geluidsbelasting Lden (in dB) 1)  
  voorkeurswaarde   maximale grenswaarde  
nieuwe weg      
nieuwe woning
- stedelijk
- buitenstedelijk
bestaande woning
- stedelijk
- buitenstedelijk  

48
48

48
48  

58
53

63
58  

1) Voor wegverkeerslawaai is op grond van artikel 110g Wgh een aftrek toegestaan. Deze bedraagt voor wegen met een snelheid van 70 km/h of meer 2 dB en wegen met een snelheid lager dan 70 km/h 5 dB.

Jurisprudentie over Wet geluidhinder en verblijfsrecreatie

Een recreatiewoning/kampeerstandplaats is volgens de Wet geluidhinder geen geluidsgevoelige functie. Uit jurisprudentie blijkt echter dat desondanks in de ruimtelijke planvorming wel degelijk rekening dient te worden gehouden met het aspect geluidshinder:

'De Afdeling is van oordeel dat het ook bij geluidsbelasting van wegen in de rede ligt de normen die gelden voor woningen zoveel mogelijk overeenkomstig toe te passen op recreatiewoningen teneinde een aanvaardbaar verblijfsklimaat te garanderen. Hieraan kan niet afdoen dat de mensen die in de recreatiewoningen verblijven, in dit geval mogelijk niet zozeer komen om rust te vinden…. Verweerders hebben in dit geval niet ten onrechte betekenis gehecht aan de grens van de 50 dB(A)-contour van de weg'. (ABRvS E01.98.0423, d.d. 14 augustus 2000 over de onthouding van goedkeuring vanwege een geluidsbelasting vanwege wegverkeerslawaai van meer dan 50 dB(A) op de gevel).'

Vergelijkbare overwegingen zijn ook in latere Kroonbesluiten of uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) opgenomen met betrekking tot de geluidsbelasting van verkeerswegen, maar ook van industrieterreinen en spoorwegen.

Uit deze jurisprudentie volgt duidelijk dat in het kader van een goede ruimtelijke ordening ook bij recreatiewoningen/kampeerstandplaatsen rekening dient te worden gehouden met het aspect geluidshinder ten aanzien van wegverkeerslawaai. De algemene randvoorwaarde voor ontwikkelingen is dat 'een goed verblijfsklimaat dient te worden gegarandeerd'.

Reconstructie

Volgens de Wet geluidhinder is er sprake van een reconstructie indien als gevolg van fysieke wijzigingen aan een weg de geluidsbelasting aan de gevels van geluidsgevoelige bestemmingen met 1,5 dB of meer toeneemt (afgerond 2 dB). Daarbij geldt dat, wanneer de feitelijke heersende geluidsbelasting voor reconstructie lager is dan de voorkeursgrenswaarde van 48 dB, de verhoging moet worden berekend vanaf 48 dB.

Onder een fysieke wijziging aan of op de weg wordt onder meer verstaan een wijziging van het profiel of het wegdek, wijziging van de maximumsnelheid of verschuiving van de wegas waarbij de bestaande weg wordt opgeheven. Ook een nieuwe aansluiting op een bestaande weg wordt als reconstructie van die bestaande weg gezien. Een wijziging van alleen de verkeersintensiteiten of de samenstelling van het verkeer is niet aan te merken als reconstructie.

De periode waarover de geluidsbelasting moet worden berekend, is die tussen het jaar vóór de reconstructie en 10 jaar na reconstructie. Het gaat dus niet per definitie om iedere weg waar een aanpassing plaatsvindt. Alleen indien in deze periode de geluidsbelasting met meer dan 2 dB is toegenomen én indien de geluidsbelasting na reconstructie 48 dB of meer bedraagt, is er sprake van een reconstructiesituatie in de zin van de Wet geluidhinder.

Als voorkeursgrenswaarde bij een akoestisch te onderzoeken reconstructie dient de geluidsbelasting te worden aangehouden van de situatie, één jaar voor reconstructie. Indien deze geluidsbelasting lager is dan 48 dB, bedraagt de voorkeursgrenswaarde 48 dB en bedraagt ook de referentiewaarde 48 dB. Wanneer eerder een hogere waarde is vastgesteld, geldt de laagste van de volgende waarden als voorkeursgrenswaarde:

  • de heersende geluidsbelasting;
  • de hogere (vastgestelde) grenswaarde.

Onderzoek

Rekenmethodiek en invoergegevens

Het akoestisch onderzoek is uitgevoerd volgens Standaard Rekenmethode I (SRM I) conform het Reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2006. Het reconstructieonderzoek is uitgevoerd volgens Standaard Rekenmethode II (SRM II) conform het Reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2006. De berekeningen zijn opgenomen in bijlage 3.

De verkeersgegevens die ten grondslag liggen aan de verschillende onderzoeken staan vermeld in tabel 4.5. De verkeersintensiteiten voor de reguliere werkdagen voor het jaar 2008 en 2020 (autonoom en met ontwikkelingen PCT-terrein) zijn afkomstig uit het definitieve verkeersmodel Corridor N207/Rijnstreek. Voor de berekening van het jaar 2010 is uitgegaan van het jaar 2008 rekening houdend met een autonome verkeersgroei gebaseerd op de groei tussen 2008 en 2020 autonoom. Voor de berekening van het jaar 2021 met ontwikkelingen PCT-terrein is uitgegaan van het jaar 2020 met ontwikkelingen PCT-terrein rekening houdend met een autonome verkeersgroei gebaseerd op de groei tussen 2008 en 2020 autonoom.

Tabel 4.5 Verkeersintensiteiten (mvt/etmaal) afgerond op 50-tallen

  2008   2010   2020 autonoom   2020 met ontwikkelingen PCT-terrein   2021 met ontwikkelingen PCT-terrein  
Hoogeveenseweg (N455) tussen Roemer en rotonde PCT-terrein   11.400   11.550   12.250   13.850   13.950  
Hoogeveenseweg (N455) tussen rotonde PCT-terrein en Middelweg   9.550   9.750   10.850   13.000   13.150  
Hoogeveenseweg (N455) tussen Middelweg en N209   9.850   10.800   10.950   13.000   13.100  
Middelweg   250   250   50   950   950  
Voorweg   3.400   3.500   3.800   4.150   4.200  

Nieuwe wegen

Op het PCT-terrein zullen nieuwe interne ontsluitingswegen aangelegd worden. Ten gevolge van het verkeer op de interne weg zijn voor de maatgevende bestaande woningen langs de Middelweg en de Hoogeveenseweg geluidsberekeningen uitgevoerd, zie tabel 4.6.

Tabel 4.6 Geluidsbelasting ten gevolge van verkeer op nieuwe interne weg

woning   minimale afstand tot de woning   maximale geluidsbelasting met ontwikkeling PCT-terrein (dB)  
maatgevende woning langs de Middelweg   24 m   38 dB  
maatgevende woning langs de Hoogeveenseweg   75 m   46 dB  

Uit de berekeningen blijkt dat de voorkeursgrenswaarde (van 48 dB) niet wordt overschreden. Ten gevolge van het verkeer op de interne ontsluitingsweg is sprake van een aanvaardbaar akoestisch klimaat.

Camping

De aan het plangebied grenzende camping is een zogenaamde 'natuurcamping' waar mensen met name komen om van de stilte te genieten. Een dergelijke functie is formeel niet geluidsgevoelig volgens de Wet geluidhinder. Conform jurisprudentie dient in het kader van een goede ruimtelijke ordening echter wel de geluidsbelasting ter plaatse van dergelijke voorzieningen in de belangenafweging te worden meegewogen. De nieuwe interne ontsluitingsweg zal aan de zuidzijde van de camping komen te liggen. Ten gevolge van het verkeer op deze nieuwe weg is de 48 dB-contour (voorkeursgrenswaarde) bepaald.

Uit de berekeningen blijkt dat de 48 dB-contour op 21 m uit de as van de weg is gelegen. De camping is echter op grotere afstand gelegen, zodat ter plaatse sprake is van een aanvaardbaar akoestisch klimaat.

Reconstructieonderzoek

Het reconstructieonderzoek onderzoekt de gevolgen van fysieke wijzigingen op de Hoogeveenseweg ter hoogte van de nieuwe aansluiting (rotonde). Het wettelijk onderzoeksgebied strekt zich uit aan weerszijden van het te reconstrueren wegvak over het deel waarop de feitelijke reconstructie betrekking heeft. Voor dit onderzoek is ervan uitgegaan dat de gereden snelheid 150 m voor en 150 m na de rotonde 50 km/h zal bedragen (remming door rotonde).

De breedte van de geluidszone is afhankelijk van het aantal rijstroken van de weg en de ligging van de weg (binnenstedelijk of stedelijk). De Hoogeveenseweg heeft een geluidszone van 250 m op basis van 2 rijstroken en een buitenstedelijke ligging.

Aangezien zich binnen de geluidszone van het te reconstrueren deel bestaande geluidsgevoelige bestemmingen (woningen) bevinden, dient akoestisch onderzoek plaats te vinden. De bestaande woningen binnen het reconstructiegebied moeten worden getoetst aan de normen van de Wet geluidhinder.

In het kader van een goede ruimtelijke ordening dient ook het effect op de geluidsbelasting van geluidsgevoelige functies langs die wegdelen te worden onderzocht, waar ten gevolge van de reconstructie een wijziging in de omvang van het verkeer of in de verkeerssamenstelling optreedt. Vervolgens dient aannemelijk te worden gemaakt dat deze geluidstoename aanvaardbaar is. Als grens voor een relevante wijziging kan worden uitgegaan van een toename van minimaal 20% van de verkeersomvang. Boven de 20% (bij 25%) neemt de geluidsbelasting met circa 1 dB toe. Nader onderzoek naar effecten is dan wenselijk. Onder 20% toename van de verkeersomvang blijft de toename van de geluidshinder beneden de 1 dB. Voor het menselijk oor is deze toename nauwelijks hoorbaar en kan akoestisch onderzoek achterwege blijven. Uit de verkeersprognose blijkt dat de verkeersintensiteit op de Hoogeveenseweg ten gevolge van de ontwikkeling van het PCT-terrein met meer dan 20% stijgt. Voor de bestaande woningen langs deze weg zijn daarom geluidsberekeningen uitgevoerd.

De resultaten van het uitgevoerde onderzoek (zie bijlage 3) zijn samengevat in tabel 4.7. In deze tabel is de geluidsbelasting aan de gevel van de woningen Hoogeveenseweg 18 en 20 weergegeven die binnen het wettelijke onderzoeksgebied liggen. Verder is het verschil tussen de geluidsbelastingen uitgerekend.

Tabel 4.7 Geluidsbelasting

woning   Lden 2010   Lden 2021   verschil   reconstructie  
Hoogeveenseweg 18   61,41 dB   61,75 dB   0,34 dB   nee  
Hoogeveenseweg 20   62,70 dB   62,97 dB   0,27 dB   nee  

Uit de geluidsberekeningen blijkt dat er geen sprake is van een zogenaamde reconstructiesituatie in de zin van de Wet geluidhinder.

Onderzoek uitstralingseffect reconstructie

Ten gevolge van het verkeer op de Hoogeveenseweg bedraagt de maximale geluidsbelasting aan de gevels van de woningen gelegen langs deze weg voor realisatie van de nieuwe aansluiting 64 dB. Na realisatie van de nieuwe aansluitingen zal de geluidsbelasting voor een aantal situaties met afgerond 1 dB toenemen. De maximale geluidsbelasting zal 65 dB bedragen.

Conclusie

Het nieuwe inrichtingsplan heeft geen negatieve gevolgen ten aanzien van geluidshinder aan de gevels van de bestaande woningen en op de camping aangezien de voorkeursgrenswaarde niet wordt overschreden.

Er is, ten gevolge van de aanleg van de rotonde, geen sprake van een reconstructiesituatie ingevolge de Wgh aan de gevels van de woningen gelegen langs het te wijzigen deel van de Hoogeveenseweg.