direct naar inhoud van 2.2 De beheersverordening
Plan: De Schans en De Vork
Status: vastgesteld
Plantype: beheersverordening
IMRO-idn: NL.IMRO.0484.B091schansenvork-0003

2.2 De beheersverordening

2.2.1 Inhoudelijk

Een beheersverordening is een beheerregeling voor het bestaande gebruik voor een gebied met een lage dynamiek waarin geen ruimtelijke ontwikkelingen zijn voorzien binnen de horizon van de verordening en vindt zijn grondslag in artikel 3.38 Wro.

Het begrip 'bestaand' kan zowel 'eng' als 'ruim' worden uitgelegd. Bij bestaand gebruik in enge zin worden alleen de bestaande feitelijk aanwezige functies en bebouwing vastgelegd. Het gaat daarbij om gebruik en bouwen inclusief hetgeen op basis van verleende vergunningen is toegestaan, maar nog niet is gerealiseerd. Bij gebruik in ruime zin wordt het geldende bestemmingsplan als uitgangspunt genomen.

Gebruik in ruime zin kan weer worden onderscheiden in een beperkte en een brede variant. In de beperkte variant wordt het - met het bestemmingsplan in overeenstemming zijnde bestaande gebruik met de bijbehorende bouwwerken vastgelegd met daarin opgenomen, al dan niet gerealiseerde, beperkte uitbreidingsmogelijkheden. Het gaat dan bijvoorbeeld om de erfbebouwing en beperkte uitbreidingen van het hoofdgebouw.

In de brede variant daarentegen worden alle nog niet gerealiseerde gebruik- en bouwmogelijkheden van een bestemmingsplan opgenomen.

In de beheersverordening De Schans/De Vork is ervoor gekozen de ruimte die het bestemmingsplan biedt mee te nemen. Uitgangspunt is gebruik in ruime zin, waarbij voor de brede variant wordt gekozen. In paragraaf 3.2 is dat beschreven en onderbouwd.

2.2.2 Bestandsdelen beheersverordening

Anders dan bij het bestemmingsplan bepaalt de Wet ruimtelijke ordening (Wro) niet uit welke elementen een beheersverordening bestaat. Het is wel duidelijk dat de beheersverordening betrekking heeft op een gebied en regels geeft voor het beheer van dat gebied en voor het vastleggen van de bestaande situatie. De beheersverordening heeft een digitale component en sluit aan bij de digitale opzet van de instrumenten van de Wet ruimtelijke ordening.

Dat maakt dat een beheersverordening bestaat uit:

  • Een object dat bestaat uit het gebied waarop de verordening betrekking heeft. Dat is op bijbehorende verbeelding aangegeven als verordeningsgebied;
  • Regels die kunnen gaan over het gebruik, bouwen, aanleggen en slopen, afwijken met een omgevingsvergunning en eventueel overgangsrecht;
  • Een bij de regels behorende kaart waarop de ter plaatse geldende bestemming is weergegeven.

Hoewel de Wet ruimtelijke ordening dit evenmin bepaalt, is het noodzakelijk de beheersverordening vergezeld te laten gaan van een toelichting waarin de gemaakte keuzen zijn onderbouwd. De Wet ruimtelijke ordening bepaalt wel dat de beheersverordening de volgende elementen kan bevatten:

  • Een verbod om bepaalde werken, geen gebouwen zijnde, of werkzaamheden uit te voeren zonder omgevingsvergunning;
  • Een verbod om bouwwerken te slopen zonder omgevingsvergunning;
  • Binnenplanse afwijkingsregels;
  • Overgangsrecht.

Er is geen sloopverbod opgenomen. Daartoe is geen noodzaak gebleken. Er zijn algemene afwijkingsregels opgenomen vergelijkbaar met de algemene afwijkingsregels die de gemeente standaard opneemt in een bestemmingsplan. De beheersverordening moet in overgangsrecht voorzien op het moment dat de toegestane gebruiksvormen afwijken van de feitelijk bestaande situatie. Dit feitelijk bestaande, maar afwijkende gebruik mag namelijk niet zonder meer worden weg bestemd. Om te voorkomen dat illegale bestaande situaties worden gelegaliseerd is een overgangsrechtelijke regeling opgenomen.

2.2.3 Procedureel

De beheersverordening is een gemeentelijke verordening. In tegenstelling tot een bestemmingsplan of omgevingsvergunning staat tegen de vaststelling van een beheersverordening geen beroep open. Bij de voorbereiding van deze beheersverordening is aan een ieder door middel van een consultatiemoment (inspraak) de gelegenheid gegeven een reactie op de beheersverordening te geven. De resultaten hiervan zijn opgenomen in de bijlagen. De beheersverordening wordt digitaal vastgesteld tegelijk met de verbeelding op papier. Bij verschil in uitleg is de digitale versie leidend.